Azijn en de wet

In de Belgische wetgeving inzake voedselveiligheid staan de eisen die de wet stelt aan producten die de naam ‘azijn’ mogen dragen.  In de wetgeving staat: “De aanduiding azijn mag uitsluitend worden gebezigd voor een vloeibare waar die azijnzuur als kenmerkend bestanddeel bevat, met dien verstande dat het gehalte aan azijnzuur van de waar ten minste 4 gram per 100 ml bedraagt.’ Aan deze eis voldoet elke natuurazijn.

Lagere zuurgraad

Is de concentratie lager, dan is de naam ‘edik’. In de keuken is edik populair als ingrediënt in sauzen, dressings en vinaigrettes. Deze vloeistoffen mogen niet de naam azijn dragen.

Hogere zuurgraad

De azijn die via chemische bewerking werd verkregen, heeft een hogere zuurgraad. In België bedraagt die meestal 7%.

Azijn en de belastingwet

De belasting op goederen en diensten vinden we terug in de Belasting op de toegevoegde waarde (btw). Het tarief op azijn is 6% of 21%, afhankelijk van de vraag of de azijn voor consumptie bedoeld is. Consumptie kan ook na bewerking van een product worden opgevat. Natuurazijn is een smaakmaker voor bijvoorbeeld salades en groentes. Het btw-tarief is dus 6%. Op reinigingsazijn is het hogere btw-tarief van 21% van toepassing.

Nieuw is de belastingheffing op azijn niet. Al in de 16e eeuw werd op azijn een soort belasting geheven, later vervangen door accijns. In Nederland werden deze accijns afgeschaft in 1917.